maandag 11 februari 2013

Met melk meer konings

Het bericht over het aftreden van Koningin Beatrix viel niet echt rauw op mijn dak. Het is bewonderenswaardig om door te werken tot je 75e jaar en ik neem daar mijn burgerlijke petje voor af. Of Hare Majesteit op haar beurt haar kroontje afneemt voor mensen waar ze bewondering voor heeft, denk ik niet, maar zij heeft daar ongetwijfeld een ruime Koninklijke Woordenschat voor paraat, die recht zal doen aan haar gevoelens.

Op 30 april a.s. draagt ze haar taken over aan haar zoon Prins Willem-Alexander. Dat zal een gedenkwaardige dag worden voor velen. Ik herinner me nog dat onze kroonprins werd geboren. Ik was 8 jaar en ik ontving ter gelegenheid van deze feestelijke gebeurtenis een herinneringsbeker. Ik geloof niet dat ik die nog in mijn bezit heb. De beker had de vorm van een melkbeker en ik gruwde van melk. Leeftijdsgenoten zullen zich vast nog wel Joris Driepinter herinneren. Een irritant mannetje dat in de jaren ‘60 en ‘70 werd gebruikt om in reclamecampagnes de jeugd te bewegen tot het drinken van melk. ‘Met melk meer mans’ luidde de reclameslogan. Drie glazen per dag en dan kreeg je een kruisje op een kaart. Als die kaart vol was, mocht je ‘m opsturen en dan ontving je een soort badge die op je kleding genaaid kon worden. Daar heb ik lang over gedaan. In plaats van de beloofde sterke krachtstaaltjes die het nuttigen van zuivel zouden veroorzaken (jawel, Joris Driepinter kon zelfs een olifant optillen!), werd ik er kotsmisselijk van. In die tijd was het begrip ‘lactose-intolerantie’ nog niet bekend, maar daar zal ik niet ver vanaf gezeten hebben. Voor mij was het geen straf dat die koninklijke melkbeker ergens achterin een kast verdween. Nu zou ik ‘m echter toch nog wel eens willen zien, gewoon uit nostalgische overwegingen. De geboorte van Prins Willem-Alexander was er de oorzaak van dat ik een serie tekeningen van kastelen produceerde, met heuse kantelen, spannende torens en vrolijke vlaggen in top. Het was een feestelijke gebeurtenis.

Kleine kinderen worden groot. Prins Willem-Alexander wordt binnenkort Koning Willem-Alexander. En ik heb minder moeite met zuivelproducten, hoewel het product ‘melk’ nog steeds niet zomaar in mijn dagelijkse menu zal voorkomen. De weerzin is diep geworteld. 

Ook de inhuldiging van Koningin Beatrix staat me nog in het geheugen gegrift. De, naar mijn mening, schandalige vertoning van demonstrerende krakers die de plechtigheid en feestelijkheden verstoorden, zullen zich in 2013 hopelijk niet herhalen. Ook nu leven we in een moeilijke tijd die we de leden van het Koningshuis niet persoonlijk kunnen verwijten. Ik hoop van harte dat het een grandioos feest zal worden. Een feest dat de economie een impuls zal geven. Het Oranje Comité heeft al plannen, las ik in één van onze kranten. Het wordt anders dan Koninginnedag, men wil ‘iets met muziek’. Tja, gezien de zich steeds herhalende festiviteiten de laatste jaren, moet het niet moeilijk zijn om er iets anders van te maken. De kinderkermisjes heb ik nu wel gezien, van mij mag het wel wat grootser. Ik zie het al voor me. Grote optochten van de Westlandse schooljeugd, geflankeerd door een rijdend corso (ter afwisseling van het Varend Corso). Muziekspektakels á la trance, hardcore en andere stijlen waarbij de iets oudere jeugd ff lekker uit z’n dak kan gaan. Versierde straten en overal gezellige eetgelegenheden en bars die Oranjebittertjes uitdelen. Goochelaars en acteurs die het publiek op iedere straathoek vermaken. Lichtshows, ballonnen oplaten en een grandioos vuurwerk tot slot. En natúúrlijk een mooie herinnering aan deze feestelijke dag voor iedereen. Ik herinner me het succes van de hanging baskets die ooit werden uitgereikt. (Zorg ik zelf wel voor de plantjes). Snoeptomaatjes voor de jeugd in een doosje met koninklijk embleem dat ze daarna kunnen gebruiken om gezonde hapjes mee naar school te nemen. Een DVD’tje met de geschiedenis van ons Koningshuis. Een mooi gegraveerd glas of een boek over de inhuldiging voor de oudsten onder ons. Ideeën genoeg die een historische herinnering markeren en tevens de economie stimuleren. Als we in Nederland 3,7 miljard in het opruimen van het achtergelaten puin van slecht functionerende bankmanagers kunnen pompen, dan kunnen we ook onszelf wel iets leuks toezeggen, toch? Zolang het geen melkbeker wordt, zal u mij niet horen klagen. De slogan ‘Met melk meer konings’ gaat er bij mij niet in.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten