zaterdag 14 juli 2012

Westland op z'n breedst - Wollebrandcross

Het is een bekend gegeven dat Westlanders graag bezig zijn. “Van werreke ga je niet dood” is een uitspraak die iedereen zal herkennen. Ook in hun vrije tijd of na hun pensionering mogen ze graag nog wat aanpakken voor een vereniging of goed doel. En ik hoor regelmatig van gepensioneerden dat ze het nog drukker hebben na hun pensionering dan in hun arbeidzame tijd. Uiteraard gebeurt dat allemaal belangeloos. Wie meent dat de mens in onze maatschappij te individualistisch bezig is, zou eens een weekje in onze streek moeten rondkijken bij al die leuke sportverenigingen, hobbyclubs en goede doelen waar wij ons voor inzetten. Ook in verzorgingshuizen lopen vrijwilligers koffie in te schenken en tuinen te onderhouden. Niemand die gezond van lijf en leden is, hoeft zich te vervelen. Helaas is gezondheid ons niet allemaal gegeven. Dat beseffen we maar al te goed. Ook voor diegenen die het minder goed treffen in dit leven zijn we bereid de schouders eronder te zetten. En al helemaal als het om kinderen gaat. Hoe zou het anders kunnen dat de Wollebrandcross dit jaar met 278.000 euro weer een record aan opbrengsten vestigde? ‘Een idioot hoog bedrag,’ vond voorzitter Ton Remmerswaal. ‘We streven niet naar records, maar naar het dienen van doelen voor kinderen.’ Het is aan hem de geworven gelden uit te reiken. Ton: ‘Ik voel me soms net een Westlandse Sinterklaas…’ Het is dan ook hartverwarmend om te zien met hoeveel enthousiasme er ieder jaar gewerkt wordt aan dit evenement, dat is uitgeroepen tot het leukste hardloop evenement in Zuid-Holland. Voor de deelnemers is het vaak een lolletje en een koud kunstje om te gaan hardlopen of wandelen. Of een gezellig ‘tussendoortje’ dat valt binnen het Lopersproject van Olympus ’70. Het Lopersproject levert toch wel de grootste groep deelnemers van de cross. Echter voor de cross plaatsvindt hebben zich al vele andere activiteiten ontsponnen met het doel zoveel mogelijk geld op te halen voor kinderen die het nodig hebben. Zowel de vrijwilligers als de doelgroep hebben vaak een aangrijpend verhaal te vertellen. Wie zich verdiept in de mens achter het goede doel, merkt al snel dat het persoonlijke verhaal je kan treffen als een kanonskogel… Remmerswaal verwoordde het als volgt: ‘De impact op een heel gezin als er een kind ziek wordt. Als je zo’n gezin bezoekt, dan voel je je een gezegend mens als je weer naar huis gaat.’ De afgelopen week was het moment aangebroken dat drie van de kleinere goede doelen van Stichting de Wollebrandcross hun gift kregen uitgereikt. In het fraaie gebouw van ”de” Priva, net zoals de Wollebrandcross een begrip in het Westland, werd belangeloos een zaaltje beschikbaar gesteld voor dit ontroerende gebeuren. Ontroerend? Ja, want zoals ik al zei, het persoonlijke verhaal achter de doelen laat je niet koud. Zo was daar als eerste de Stichting Jarikin die een cheque van 15.000 euro in ontvangst mocht nemen. Deze werd overhandigd aan Jan Prins, de oprichter van de stichting die zich inzet voor kinderen in Haïti. Prins, oud-directeur van de Priva, sponsort al 20 jaar projecten in Haïti. Ooit startte de ontwikkelingshulp via klanten in Amerika die een school hadden gebouwd in Haïti. Het moge bekend zijn dat dit een geweldig arm land is, dat ook nog eens door een aardbeving werd getroffen. De aardbeving heeft van vele wezen straatkinderen gemaakt die opgroeien tot boefjes. De klanten van Prins vroegen of hij een paar kinderen wilde sponsoren. ‘En zo begint het,’ aldus Prins. ‘In 2007 heb ik het land bezocht. We hebben toen meegewerkt aan het opzetten van een medische hulppost. Denk nu niet dat dat allemaal eenvoudig gaat, want zoals je met vele arme landen ziet: Haïti is niet gevrijwaard van enige corruptie. We verzekeren ons er ter plekke van dat alle giften aankomen waar we ze willen hebben. Er blijft niets aan de strijkstok hangen. In 2010 zijn we opnieuw alle projecten langsgegaan. We hebben 1,2 ha grond nodig voor de bouw van huizen waar kinderen worden opgevangen. We willen scholing en huizen voor straatkinderen. Deze cheque is het sluitstuk van onze wens. Ik heb al gezien dat er inmiddels geen 50, maar 100 boefjes die eerst als straatkinderen leefden, worden opgevoed tot goede mensen. We leren de mensen om zo goed mogelijk in hun eigen onderhoud te voorzien.’ Het behoeft geen uitleg dat Jan Prins bijzonder dankbaar was met deze mooie gift. Het tweede goede doel dat een cheque kreeg overhandigd was de Stichting Haarwensen. Ook hier zitten vele ontroerende verhalen achter en daar bedoelen we niet alleen het afknippen van het haar van Leo Boekestijn mee, die genereus tijdens de Wollebrandcross zijn lange staart doneerde. Kunt u het zich voorstellen dat een kindje geen haar heeft door een ziekte? Ja? Is het eerste wat u denkt dan ook: ‘Ach, dat kindje heeft kanker.’ Dat kan, maar dat hoeft helemaal niet zo te zijn. Per jaar verliezen niet alleen zo’n 400 tot 500 jonge kankerpatiëntjes hun haar door chemotherapie, maar ook veel kinderen met de haarziekte Alopecia worden met haaruitval geconfronteerd. Dat heeft een enorme impact op het leven van een kind. ‘Kinderen willen gewoon zijn en niet opvallen,’ vertelt de woordvoerster van de Stichting Haarwensen. Kaalheid grijpt enorm in op het sociale leven van een kind en een gezin. Het liefst willen kinderen hun gang kunnen gaan en niet de aandacht op zich gevestigd zien als patiënt. Een mooie pruik van echt haar zorgt ervoor dat zij zich weer kind kunnen voelen.’ De Stichting Haarwensen ontving 18.000 euro, méér dan men had verwacht. Met een blij gezicht vervolgde de woordvoerster: ‘Hier kunnen wel 12 kinderen mee geholpen worden! Dit is een fantastisch aandeel in dit werk.’ Het maken en onderhouden van een pruik kost in totaal 1.500 euro. De kinderen kunnen er ongeveer anderhalf jaar mee doen en hebben dan weer een nieuwe nodig. Kinderen groeien, de maat verandert en de pruik is aan slijtage onderhevig. Ook is hygiënisch onderhoud met regelmaat nodig. U begrijpt dat er dus veel haar en geld nodig is om hen te steunen. Het derde goede doel was de Stichting Semmy. Deze Stichting maakt zich sterk voor het doen van onderzoek naar hersenstamkanker bij kinderen. In een aangrijpende toespraak van een moeder werd duidelijk waarom dit zo belangrijk is. ‘Jaarlijks worden 18 kinderen getroffen door deze dodelijke ziekte. Er is nog geen genezing mogelijk. De ziekte treft kinderen onder de 12 jaar en zij worden niet beter, de ziekte is niet te stabiliseren, binnen een paar maanden sterven zij. Gezien het relatief kleine aantal kinderen dat deze ziekte krijgt, is het moeilijk financieringsmogelijkheden te krijgen voor onderzoek. Deze stichting is opgericht door de ouders van Semmy. Semmy is inmiddels overleden en zijn vader heeft tot zijn nagedachtenis de stichting opgericht in een poging het VU AMC in Amsterdam over de streep te krijgen onderzoek te verrichten. Dat is gelukt en er zijn belangrijke vorderingen, maar nog niet voldoende om de ziekte af te remmen of te genezen. Zelf ben ik mijn 9-jarige dochtertje kwijtgeraakt aan hersenstamkanker. Ouders die te horen krijgen dat hun kind deze ziekte heeft en dat het dit niet gaat overleven, zijn radeloos. Ze raken binnen enkele maanden hun kind kwijt. Medici kunnen er niets mee, staan met hun rug tegen de muur, maar het is wel jóuw kind…’ Voor onderzoek is jaarlijks 250.000 euro nodig. Dit bedrag wordt door ouders bijeengebracht. Helaas wordt de groep ouders die meehelpen steeds groter. Voor de Stichting Semmy was een cheque van 25.000 euro uitgeschreven, die in grote dank werd aanvaard. Dit bedrag gaat volledig naar het AMC in de hoop dat er spoedig een oplossing komt voor deze kinderen en hun ouders en niet de boodschap ‘Het is voorbij…’ Later dit jaar ontvangen ook de drie andere goede doelen hun cheque van Stichting de Wollebrandcross: de Guusje Nederhorst Foundation, Hospice regio Westland en Stichting Wenzi. Wilt u meer weten over deze goede doelen en de bestemming van de Wollebrandcross gelden? Kijk dan op www.wollebrandcross.nl.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten