woensdag 7 november 2012

Rook waait over het Westland

Nu de dagen korter en de avonden langer worden, vind ik het heerlijk om op de bank te kruipen met een handwerkje of een goed boek. Daar heb ik mijn hele leven al van genoten en da’s nooit veranderd. Met name het lezen van boeken is toch wel mijn grootste hobby. En als dat boek dan ook nog eens over mijn geliefde geboortestreek het Westland gaat, dan ben ik helemaal verkocht. Urenlang kan ik me daarin verdiepen. De geschiedenis van onze streek voert me terug in de tijd en dat geeft me een goed gevoel. Niet omdat ik meen dat ‘het vroeger allemaal beter was’, nee, het is eerder de herkenbaarheid en het ‘o ja, zo was dat toen inderdaad’- gevoel wat ik plezierig vind. Het was me dan ook een waar genoegen dat ik een uitnodiging ontving om aanwezig te zijn bij de boekpresentatie van “Rook waait over het Westland”. Dit beschrijft De Westlandse Stoomtram, het Delflandspoor en de Westlanders van 1881 tot 1970. Een geweldig mooi boek met vele foto’s, geschreven door Hans van Lith. Mede door voormalige schrijfsels van mijn hand over het stationnetje in Naaldwijk, een boek dat goed aan mij besteed is. Ook de aanwezigheid van de inmiddels 97-jarige heer P, Zaalberg, die ik toentertijd tot mijn genoegen mocht interviewen, deed me veel plezier. De oud-stationschef heeft – naast vele anderen – waardevolle gegevens aan het boek kunnen toevoegen.
Een herinnering aan de eerste trein die in Nederland reed, voert te ver terug om in het boek te vinden, want die reed in 1839 van Amsterdam naar Haarlem. Ik herinner me echter wel de geschiedenisles, waarin de meester vertelde dat Nederland op z’n kop stond toen de stoomlocomotief met de welluidende naam “De Arend” het spoor tussen beide steden opende. ‘De adem zou de mensen afgesneden worden als er een locomotief passeerde die een snelheid van wel 30 km per uur kon halen, boeren vreesden dat de koeien geen of zure melk zouden geven en sommigen noemden de trein een regelrechte uitvinding van de duivel,’ sprak schrijver Hans van Lith tijdens de boekpresentatie. Alleen die herinnering aan dezelfde woorden die mijn schoolmeester vroeger in de geschiedenisles vertelde, toverde al een glimlach van herkenning om mijn lippen.
Dat lukte ook burgemeester Van der Tak, toen hij vertelde dat hij tijdens logeerpartijen bij een tante in Rhoon ’s nachts niet kon slapen door het lawaai van een passerende stoomtrein. Nu ben ik geboren en de eerste 10 jaren van mijn leven opgegroeid in de ‘oude’ Jacob van Campenstraat in Naaldwijk, die dwars aan de spoorweg grensde welke gedeeltelijk door de Van der Hoevenstraat liep. Voor kinderen die niet anders gewend waren, niks bijzonders. Een paar maal per dag en ’s morgens vroeg kondigde zich met groot kabaal de komst van de trein aan, die in die tijd enorme wagons met kolen over het spoor vervoerde. Wij hoorden het niet meer, maar logerende familieleden wisten niet wat ze meemaakten, schrokken er wakker van en begrepen niet dat wij het oorverdovende kabaal volkomen langs ons heen konden laten gaan. Tóch hield ik ‘m in de gaten, die trein. Als kind werd het mij en alle buurjongens en -meisjes waar ik graag mee speelde, verboden ons op de treinbaan te begeven. Begrijpelijk, maar stel een grens en wacht af wat er gebeurt… Dit verbod werd maar al te vaak overtreden. Voor zover ik me kan herinneren gelukkig zonder nadelige gevolgen. De trein maakte zoveel herrie, dat we hem al van verre hoorden arriveren en alle tijd hadden de spoorbaan te verlaten. Op die momenten hoorden we het kabaal dus wel.
Hoewel we vroeger ons huisje bij de treinbaan warm stookten met kolenkachels, heb ik me altijd afgevraagd waar al die volgeladen wagons met kolen voor dienden en naartoe gingen. Dat kon toch nooit voor ons kacheltje alleen zijn? Verder dan het huis waar ik woonde, gingen mijn gedachten nog niet. Maar ik weet het nu, dankzij het boek en dankzij de toespraak van de schrijver die vertelde dat die kolen voor de tuinbouw bestemd waren. De trein reed door tot in Loosduinen. In Den Haag was het spoor niet direct welkom. En ja, dan zie ik in gedachten meteen weer de vele schoorstenen die boven de kassen uit torenden. Vele Westlanders weten nog dat de hoeveelheid schoorstenen iets vertelde over de grootte van het bedrijf. Tuinders die voor het eerst kennismaakten met het liefje van hun kinderen, schroomden niet om te vragen hoeveel schoorstenen er stonden op het bedrijf van de vermeende aanstaande schoonouders van hun kroost… Dat het vervoer van groenten per spoor in die tijd (ik spreek over 1964-1969) al op z’n achterste benen liep, kon ik als kind niet weten, maar vernam ik uit het boek.
Terug naar het boek met de geweldig mooie titel “Rook waait over het Westland”. De aanleg van de Westlandsche Stoomtramweg heeft grote gevolgen gehad voor het Westland. Voor de infrastructuur die nog steeds herkenbaar is aan de voormalige aanwezigheid van het spoor (het duidelijkst zichtbaar aan bepaalde fietspaden), voor de reismogelijkheden van de bevolking, voor de handel en bedrijven die konden ontstaan – vooral na de aansluiting op Hoek van Holland waardoor de WSM een verbinding legde met de Harwichboot en vervoer van producten naar Groot-Brittannië mogelijk maakte. Die spoorweg heeft een rijke geschiedenis achter de rug met zowel hoogtepunten als dieptepunten. De soms bizarre aanleg van het spoor vlak langs de huizen in bijvoorbeeld de Choorstraat in Monster doet denken aan Aziatische taferelen waar dit vandaag de dag nog steeds voorkomt. In Hanoi (Vietnam) bijvoorbeeld rijdt de trein, net als dat ooit in Monster het geval was, slechts op centimeters van de bebouwing. Kijk maar eens op bladzijde 234 van het boek, een geweldige foto. Twee wereldoorlogen, crises, concurrentie van het wegvervoer, autobusconcurrentie en goederentransport veroorzaakten uiteindelijk het einde van de goederentram in 1970.
Er was echter nog een tweede railverbinding in het Westland; die van het Hoogheemraadschap van Delfland. Deze speelde een rol bij de aanleg van de Atlantikwall tijdens de Tweede Wereldoorlog. Weer later werd de verbinding ingezet bij de verzwaring van de zeewering na de Watersnoodramp in 1953. Een rijke geschiedenis, die nu is vastgelegd. In maar liefst 456 pagina’s kunt u genieten en herinneringen oproepen van vervlogen tijden en van tijden die zich afspeelden voordat u herinneringen kon verzamelen. U vindt het boek bij de Westlandse boekhandels. De verkoopprijs bedraagt 55,00 euro. U verwent uzelf hiermee met een kloek boek, een aanwinst voor de koffietafel of de boekenkast en bovenal beslist de moeite van het lezen waard!
Door: Joke Wageveld 2012 © Tekstbureau Westland
Foto Hans van Lith en Burgemeester Sjaak van der Tak: Thierry Schut Fotografie
Foto cover: Cent Wageveld
Gepubliceerd in Groot Westland, 6 november 2012

Geen opmerkingen:

Een reactie posten